Functies, scripts en scriptactiveringen gebruiken om de beveiliging te verbeteren

Gebruik functies, scripts en scriptactiveringen van FileMaker om de beveiliging voor reguliere taken te verbeteren, zoals het verwijderen, controleren en onderhouden van records. Gebruik scripts bijvoorbeeld voor het volgende:

  • accounts toevoegen of verwijderen, accountwachtwoorden opnieuw instellen, wachtwoorden wijzigen, accounts in- of uitschakelen (alleen voor FileMaker-bestandsaccounts)

  • opnieuw aanmelden als een andere gebruiker (alleen voor FileMaker-bestandsaccounts, de gastaccount en externe serveraccounts)

  • records archiveren wanneer u niet wilt dat een gebruiker records verwijdert

  • informatie geven over de huidige sessie en status van de gebruiker voor naleving van wetten en audits

  • aangepaste berichten bieden wanneer beveiligingsbeperkingen van invloed zijn op de gebruiker

Belangrijk  Gebruik geen functies, scripts of scriptactiveringen om beveiligingsfuncties van FileMaker te vervangen.

Opmerkingen 

  • Scripts worden standaard uitgevoerd met de privilegeset van de account waarbij de gebruiker momenteel is aangemeld. Hierdoor kunnen problemen ontstaan als het script probeert een actie uit te voeren waarvoor de gebruiker geen privileges heeft. Test alle scripts in alle privilegesets om de integriteit van uw gegevens te beschermen.

  • Wanneer u scriptstappen gebruikt voor het communiceren met systemen buiten het FileMaker-platform, kiest u de beschikbare opties die interactie voeren via SSL-codering. De scriptstap Invoegen vanuit URL bevat bijvoorbeeld de optie SSL-certificaten verifiëren en met de scriptstap Mail verzenden is communicatie mogelijk met SMTP-servers die gebruikmaken van SSL-codering.

  • Gebruik functies om informatie over de huidige gebruiker te krijgen, zoals Get(Accountnaam), Get(GroepsnaamAccount) en Get(Accounttype). Gebruik bijvoorbeeld de functie Get(UitgebreidePrivilegesAccount) om te testen of een gebruiker een specifiek uitgebreid privilege heeft.

Zie 'Naslaggegevens voor functies', 'Naslaggegevens voor scriptstappen' en 'Naslaggegevens voor scriptactiveringen' in FileMaker Pro Help.