Bestanden overbrengen

Wanneer u een bestand naar een iOS- of iPadOS-apparaat overbrengt, maakt u een kopie van het originele bestand. Wanneer u het overgebrachte bestand bijwerkt op uw apparaat, worden de gegevens die in FileMaker Go zijn ingevoerd, niet automatisch gesynchroniseerd met het oorspronkelijke bestand. U moet de gegevens handmatig importeren of bijwerken. Raadpleeg de FileMaker Go Ontwikkelaarsgids.

Opmerkingen 

  • Bij de overdracht van een bestand met containervelden die extern opgeslagen gegevens bevatten moet u eerst de containergegevens insluiten. Gebruik in FileMaker Pro de opdracht Kopie opslaan als en kies Zelfstandige kopie (één bestand). Daarna brengt u de kopie over.

  • Sluit een bestand voordat u het overbrengt.

    Belangrijk  Zorg ervoor dat het bestand niet is geopend in FileMaker Pro en FileMaker Server voordat u het naar uw apparaat kopieert.

Bestanden overbrengen met een optie voor delen

  1. Als u aan een bestand werkt, tikt u op pictogram van het menu Actie en tikt u daarna op Startpaneel pictogram van Startpaneel.

  2. Tik op Mijn apps pictogram van Mijn apps.

  3. Afhankelijk van uw apparaat tikt u op Op mijn iPhone, Op mijn iPad of Op mijn iPod.

    1. Volg een van deze opties om een bestand over te brengen naar FileMaker Go op uw apparaat:

      • Tik op het pictogram Importeer bestand en kies het bestand dat u wilt overbrengen.

      • macOS: Gebruik AirDrop om een bestand rechtstreeks over te brengen.

    2. Volg een van deze opties om een bestand van uw apparaat over te brengen:

      • Houd uw vinger op een bestand en tik op Delen. Kies een optie voor het overbrengen van het bestand. Raadpleeg Opties voor delen kiezen.

      • Als u een of meerdere bestanden van uw apparaat wilt overbrengen, tikt u op Selecteren. Tik op de bestanden die u wilt overbrengen of tik op Alles selecteren en vervolgens op pictogram van Delen. Kies een optie voor het overbrengen van de bestanden. Raadpleeg Opties voor delen kiezen.

Bestanden overbrengen met behulp van iTunes (macOS 10.14 Mojave of eerder en Windows)

  1. Sluit uw apparaat aan op uw computer.

  2. Voer de toegangscode in als het apparaat is vergrendeld.

  3. Selecteer in iTunes het apparaat en klik vervolgens op Bestandsdeling.

  4. Selecteer FileMaker Go uit de lijst met apps.

  5. Als u bestanden wilt overbrengen:

    • naar uw apparaat, sleept u de bestanden van uw computer naar het deelvenster Documenten van FileMaker Go.

    • van uw apparaat naar uw computer, sleept u de bestanden van het deelvenster Documenten van FileMaker Go naar uw computer.

Bestanden overbrengen met Finder (macOS 10.15 Catalina of nieuwer)

  1. Sluit uw apparaat aan op uw computer.

    Voer de toegangscode in als het apparaat is vergrendeld.

  2. Selecteer in de zijbalk Finder uw apparaat onder Locaties.

  3. Selecteer Bestanden.

  4. Als u bestanden wilt overbrengen:

    • naar uw apparaat, sleept u de bestanden van uw computer naar de map FileMaker Go.

    • van uw apparaat naar uw computer, sleept u de bestanden van de map FileMaker Go naar uw computer.